In dit submenu van onze website vind u het verslag van het onderzoek dat de groep deed naar de kledij. Gebruik gerust de contactpagina bij vragen!



Een donkere broek, een donkerblauwe kiel en een halsdoek voor de mannen, lange donkere rokken, een grijze blouse en een brede sjaal voor de vrouwen - zo zag volgens de overlevering de Vlaamse streekdracht eruit aan het begin van de 20ste eeuw.

Is dit een verkeerd beeld? Neen, zeker niet, het is alleen niet representatief voor de Vlaamse streekdrachten zoals die bestonden in de 19de eeuw. Het begin van de 20ste eeuw betekende het einde van de streekdrachten zoals die in eeuw voordien in onze contreien bestonden. Uit vergelijkend onderzoek is gebleken dat de streekdrachten wel degelijk evolueerden en door de mode werden beïnvloed. De mode werd internationaler en de jongere generaties wilden niet langer ouderwetse kleren dragen. Door gebrek aan inbreng van deze jongere generaties verarmde de klederdracht. De kleurenpracht verschraalde tot donkere tinten, de kleuren die traditioneel door de ouderen werden gedragen. Dit betekende het einde van een tijdperk. Via de overlevering bleef alleen het beeld van een donkere streekdracht bewaard. Dit beeld domineerde decennialang de volkskunstwereld.

Streekdrachtencommissie - Nieuwe inzichten
Uitgebreid onderzoek in de jaren '90 door de leden van de “Streekdrachtencommissie” –met o.a. dr Henri Vanoppen (deskundige Vlaamse streekdrachten), Frans Geens (Instituut voor Vlaamse Volkskunst) en Frieda Sorber (conservator Textielmuseum Vrieselhof / MoMu Antwerpen) - wees echter uit dat de Vlaamse streekdrachten veel rijker aan modellen en kleuren waren dan tot dan toe werd aangenomen.

'Streekdrachten in onze Gewesten'


In 1994 kwam 'Streekdrachten in onze Gewesten' uit (ISBN 90-72931-44-0), onder redactie van dr Henri Vannopen. Met dit boek beschikte Vlaanderen voor het eerst over een standaardwerk over streekdrachten, een deel van ons verzonken cultureel immaterieel erfgoed. De grote afstand tussen de toenmalige Reuzegomkledij en wat er aan inzichten in dit werk naar voor kwam, leidde tot een discussie binnen de groep over onze uniforme kledij en uitstraling ervan op ons imago.
Wil je dit boek bestellen? Klik hier.

Reuzegom - Werkgroep Kledij
De werkgroep Kledij is in 1998 haar opzoekingwerk bijgevolg begonnen met een bezoek aan Henri Vanoppen, die ons een heel eind heeft op weg geholpen. Op zijn aanwijzingen zijn we een groot aantal schilderijen (Museum M Leuven, Koninklijke Musea voor Moderne en Oude Kunsten Brussel, Koninklijk Militair Museum Brussel) en prenten van Jean Baptiste Madou (prentenkabinet Koninklijke Bibliotheek Brussel) gaan bekijken die ons een goed genuanceerd beeld gaven van de Brabantse streekdrachten uit de periode 1800-1850. Er volgden nog vele bezoekjes aan talloze musea. We verzamelden honderden prenten en schilderijen uit de negentiende eeuw.

De gouden periode 1800-1850
De keuze voor de periode 1800-1850 is niet volledig willekeurig. Met de Franse Revolutie van 1789 veranderde de mode tamelijk ingrijpend en na 1880 begon de zwanenzang van onze streekdrachten. Aangezien de meeste van onze traditionele dansen uit de 19de eeuw dateren, hebben we tenslotte voor het hoogtepunt van deze periode gekozen, nl. de eerste helft. Dit betekent niet dat we niet hier en daar een iets jongere afbeelding hebben gebruikt. De kledij van 1870 verschilde in weze niet zoveel van die van 1850.

Reuzegomkledij
De algemene vergadering van de leden van Reuzegom koos in 2000 voor een nieuwe kledij gebaseerd op dit opzoekingswerk. We hebben het uniform achter ons gelaten. Meer info vind je hier.

Historisch verantwoord versus historisch correct
De Werkgroep Kledij heeft op basis van het steeds verder lopende historisch onderzoek een set van richtlijnen opgesteld die het ons toelaten een historisch verantwoorde kledij te maken. Reuzegom gebruikt de Vlaamse streekdrachten om dansoptredens te verzorgen. Om de streekdrachten 'dansbaar' te houden, hebben we bepaalde richtlijnen vastgelegd, die afwijken van wat historisch 'correct' is (vb. kwaliteit stoffen, breedte rokken, enz.).
Reuzegom claimt nergens dat de richtlijnen een historisch correcte streekdracht zouden opleveren. We zijn er wel van overtuigd dat ze historisch verantwoord is.

Kwaliteitsverbetering
Het is wel een doelstelling van Reuzegom om de discussie over de kwaliteitsverbetering in de Vlaamse volkskunstwereld mee te voeden. De kledij die je als groep gebruikt voor je optredens bepaalt in grote mate het beeld dat je achterlaat. Aandacht voor deze kledij en de kwaliteit er van beïnvloedt het imago van je groep en bij uitbreiding ook die van de Vlaamse volkskunstwereld. Het verheugt ons dat er al verschillende groepen gebruik hebben gemaakt van ons materiaal om een eigen onderzoek op te starten en/of hun kledij aan te passen.

'Van Hoed tot Ondergoed'
In 2010 bracht de Streekdrachtencommissie van het Instituut voor de Vlaamse Volkskunst (IVV) 'Van Hoed tot Ondergoed' uit (ISBN 978-90-5826-685-9), opnieuw onder redactie van dr Heni Vannoppen. Paul De Belder (voorzitter Reuzegom) en Geert Pauwels (dansleider / ondervoorzitter en verantwoordelijke Werkgroep Kledij Reuzegom) maakten deel uit van de Streekdrachtencommissie die het boek tot stand bracht.
Gert Laekeman (voorzitter IVV) in het voorwoord: "De eerste uitgave van een boek over kledij in Vlaanderen verscheen in 1994 met als titel Streekdrachten in onze Gewesten. Zorgvuldig studiewerk bracht voldoende gegevens samen voor een tweede boek.


Niet minder dan zeven auteurs en elf leden van streekdrachtencommissie zorgden voor een gevarieerde inhoud. (...) Tussen de twee uitgaven liggen vijftien jaar. Tijdens die periode veranderde veel in de wereld van de volkskunst. De sector professionaliseerde exponentieel. (...) We zien dat erkende organisaties kunnen investeren in een personeelskader, maar voor studiewerk hebben we nog steeds de verfijnde neuzen nodig van wie tijd wil vrij maken om te grasduinen in tal van historische bronnen.
Naast belangenloze inzet investeerde het IVV een belangrijk deel van subsidiëring in dit werk. Deze investeringen bereiken hun doel niet wanneer het boek in bibliotheken terechtkomt zonder interesses tastbaar vorm te geven. Volkskunstgroepen zoals Reuzegom maakten de cirkel rond door via origineel opzoekingswerk een eigen kledij uit te werken. Reuzegom brengt daardoor het boek tot leven in binnen- en buitenland. Dat voorbeeld verdient navolging bij tal van volkskunstgroepen die Vlaamse dansen en vendelspelen uitdragen. (...)"